Mw. mr. M. Hille Ris Lambers (Margriet) | 14 februari 2020

Ontslag op staande voet na ziekmelding die volgt op afwijzen verlofaanvraag

Feiten
Werknemer is al 29 jaar in dienst bij werkgever, gedurende dit dienstverband zijn er geen incidenten geweest. Hij vraagt werkgever eind 2018 om toestemming voor verlof ingaande op 5 augustus 2019, dan wel enkele dagen daarna. Hij wil die dag met de auto vertrekken om op 11 augustus 2019 een religieus feest te kunnen vieren in het land van herkomst. Werkgever weigert het verlof omdat zij in de zomerperiode voldoende ervaren krachten (zoals werknemer) nodig heeft om het bedrijf draaiende te houden. De werknemer herhaalt daarna aan aantal keren zijn verlofaanvraag, onder meer met ingangsdatum 7 augustus 2019 en deze wordt door de werkgever telkens afgewezen. Verlof met ingangsdatum 8 augustus 2019 wordt uiteindelijk wel toegestaan.

In de avond van 6 augustus 2019 is werknemer tijdens zijn avonddienst voortijdig vertrokken waarbij hij zich afgemeld heeft met hoofdpijn bij de procescoördinator. Deze is niet de leidinggevende van de werknemer. Vervolgens stelt werknemer dat hij in de ochtend van 7 augustus 2019 een Whatsappbericht heeft gestuurd aan een collega van zijn leidinggevende, met de mededeling dat hij nog steeds hoofdpijn had. Deze ontvangt dit bericht echter pas in de avond na 21.00 uur. Gedurende de hele dag van 7 augustus 2019 heeft de leidinggevende tevergeefs geprobeerd de werknemer te bereiken. Pas op vrijdag 9 augustus 2019 na 17.00 uur ontvangt de leidinggevende van werknemer het bericht van werknemer dat hij nog steeds last heeft van hoofdpijn en niet kan komen werken.

Volgens het verzuimprotocol had werknemer zich op 6, dan wel uiterlijk op 7 augustus 2019 ziek moeten melden bij zijn leidinggevende.

Direct nadat werknemer teruggekomen is van vakantie gaat werkgever met hem in gesprek. Hij wordt geschorst met behoud van loon in afwachting van een verklaring over zijn afwezigheid op 7 augustus 2019. Werkgever stelt werknemer in de gelegenheid aan te tonen dat hij pas op 8 augustus 2019 is vertrokken. Werknemer levert hiervan echter geen bewijs, waarna hij op 5 september 2019 op staande voet ontslagen wordt wegens ongeoorloofde afwezigheid.

Werknemer vraagt de kantonrechter om het ontslag op staande voet te vernietigen en werkgever verzoekt om ontbinding van de arbeidsovereenkomst.

De procedure tot vernietiging van het ontslag op staande voet
De kantonrechter oordeelt dat dat de werknemer weliswaar niet in strikte zin het verzuimprotocol heeft gevolgd, maar dat de werkgever vanwege de afmelding bij de procescoördinator wel wist dat werknemer op 6 augustus 2019 naar huis was gegaan met hoofdpijn. Hierdoor had werkgever de mogelijkheid om op 7 augustus een spoedcontrole uit te laten voeren, maar van die mogelijkheid heeft zij geen gebruik gemaakt. De kantonrechter is van mening dat bij een zo zwaar middel als ontslag op staande voet de werkgever niet mag uitgaan van aannames, hoe aannemelijk die wellicht ook zijn, zoals in dit geval gezien de voorgeschiedenis van de verschillende afgewezen verlofaanvragen van werknemer.

De kantonrechter vernietigt het ontslag.

Ontbinding
Ten aanzien van het verzoek tot ontbinding van de werkgever oordeelt de kantonrechter dat werknemer wist dat hij geen toestemming had voor verlof op 7 augustus 2019 en dat hij ook wist dat hij zich ziek moest melden bij zijn leidinggevende. Ook kon hij zien dat het Whatsappbericht dat hij zei in de ochtend gestuurd te hebben, de collega leidinggevende niet had bereikt.

Ook als werknemer daadwerkelijk ziek was geweest rustte op hem de verplichting bereikbaar te blijven voor de werkgever, zeker gezien de voorgeschiedenis die juist 7 augustus 2019 had. De kantonrechter acht het handelen van werknemer verwijtbaar en ontbindt op grond daarvan de arbeidsovereenkomst.

De kantonrechter vindt echter niet dat het handelen van werknemer ernstig verwijtbaar is, zodat werknemer wel in aanmerking komt voor een transitievergoeding. In deze situatie komt aan werknemer de hogere leeftijd gerelateerde vergoeding toe die per 1 januari 2020 is komen te vervallen. Dit ondanks het feit dat werkgever het verzoek tot ontbinding na deze datum heeft ingediend. Werknemer verzocht al op 5 november 2019 om ontbinding en daarmee is de procedure tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst gestart in 2019 en dient de transitievergoeding berekend te worden volgens de regelgeving die dat jaar nog geldig was.

Rechtbank Den Haag 31 januari 2020, ECLI_NL_RBDHA_2020_761

mw. mr. M. Hille Ris Lambers (margriet)

arbeidsrechtovereenkomstenrecht

Margriet heeft gestudeerd aan de Rijksuniversiteit Utrecht, richting privaatrecht en is beëdigd als advocaat in 2003. Margriet kan u op heldere en deskundige wijze bijstaan bij alle geschillen en vraagstukken op het gebied van arbeidsrecht voor zowel ondernemers als particulieren. 

Zieke werknemer moet verplicht meewerken aan re-integratie

Een werknemer die ziek is, moet meewerken aan zijn re-integratie. Bij tegenwerking of weigering kunnen de consequenties serieus zijn, zoals ontbinding van de arbeidsovereenkomst.

Dat merkte deze automonteur. Hij is 11 jaar in dienst als hij zich

Tekortschietende bindend adviseur hoeft geen schadevergoeding te betalen

Een bindend adviseur moet de koopprijs van een supermarkt vaststellen. Het adviestraject duurt erg lang en de adviseur laat – anders dan afgesproken – na een transactiedatum vast te stellen. Voor een schadevergoeding voor de franchisenemer van deze

Bank mag coffeeshophouder zakelijke rekening niet weigeren

Een bank beëindigt de privérekening en de zakelijke rekeningen van een man die een coffeeshop heeft. Dat had niet gemogen, oordeelt het gerechtshof.

De man heeft al decennialang een privérekening bij een bank. Sinds 2003 had hij daar

Benadelingsverbod beschermt bonafide klokkenluider tegen ontbinding arbeidsovereenkomst

Een werknemer werkt als reparateur voor een fietsenproducent. Zijn werkgever vraagt de kantonrechter om ontbinding van zijn arbeidsovereenkomst vanwege ernstig verwijtbaar handelen. De man zou naar collega’s hebben geschreeuwd en gedreigd hebben om

Werknemer niet verplicht loyaliteitsverklaring te ondertekenen

Een werknemer heeft een conflict met zijn werkgever. Alleen als hij een loyaliteitsverklaring ondertekent, kan hij blijven. Het gerechtshof moet oordelen of dit zomaar kan.

Een man is sinds 2007 als technisch manager in dienst bij een instelling die

Wetsvoorstel tegen discriminatie op arbeidsmarkt strandt in Eerste Kamer

De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel dat discriminatie op de arbeidsmarkt moet voorkomen op 26 maart 2024 verworpen. Er is twijfel over het effect van de wet en er wordt gevreesd voor te veel regeldruk voor bedrijven.

Het wetsvoorstel ‘Toezicht

Tussenpersoon was vertegenwoordigingsbevoegd

Regelmatig doen bedrijven of instellingen zaken met elkaar via een tussenpersoon of vertegenwoordiger. De vraag is of deze een volmacht heeft om namens een partij op te treden, en of die partij gebonden is aan een overeenkomst die de

Concurrentiebeding wordt ingeperkt

Een concurrentiebeding staat vaak standaard in arbeidsovereenkomsten – zelfs als van bescherming van de concurrentiepositie van het bedrijf geen sprake is. Dat belemmert werknemers om makkelijk over te stappen. Daarom wil de regering de mogelijkheden

Bestuurders niet aansprakelijk voor schade wegens non-conformiteit mondmaskers

Tijdens de coronacrisis aan de Nederlandse Staat geleverde mondmaskers blijken non-conform. De Staat wil dat de leverancier ruim € 43 miljoen terugbetaalt, maar dat gebeurt niet. De Staat stelt de bestuurders van de leverancier aansprakelijk

Verzoek tot wedertewerkstelling afgewezen; beide partijen schuldig aan conflict

Een vrouw werkt al ruim 35 jaar voor een winkel die in handen is van haar broer en zoon. Ze is arbeidsongeschikt en in conflict met haar zoon. Daardoor kan ze niet re-integreren. Ze eist nu in kort geding bij de kantonrechter van de rechtbank

CONTACTGEGEVENS

Ariëns Advocaten Amersfoort
E info@ariensadvocaten.nl
T (033) 463 77 27
F (033) 461 51 40

Adres
Stadsring 75
3811 HN Amersfoort

Routebeschrijving >>