mr. B. Cornelissen (Bernard) | 25 maart 2016
Wanprestatie werkgever leidt tot schadevergoeding van € 466.000,–
Dat zelfs een werkgever die afscheid wenst te nemen van een werknemer die zijn werkzaamheden feitelijk nog niet heeft begonnen forse financiële risico’s loopt, leert een recente uitspraak van de Kantonrechter in Rotterdam.
De feiten
De werknemer in kwestie, divisie CEO bij Zodiac Aerospace, werd via een headhunter benaderd voor de functie van algemeen (statutair) directeur bij Imtech Marine B.V. Na een uitgebreide selectieprocedure kreeg hij van Imtech een aanbod voor indiensttreding voor onbepaalde tijd (zonder proeftijd) op 1 oktober 2015 tegen een fors hoger salaris (€ 280.000,– tegenover € 230.000,– bruto per jaar). Op 13 augustus 2015 wordt de moedervennootschap, Royal Imtech N.V., failliet verklaard. De aandelen van Imtech Marine B.V. , worden overgenomen door twee nieuwe aandeelhouders. De nieuwe aandeelhouders zien een samenwerking met de werknemer kennelijk niet zitten en geven een week na het voeren van kennismakingsgesprekken aan geen uitvoering te willen geven aan de arbeidsovereenkomst. Werknemer zou geen maritieme ervaring en geen ervaring hebben met herstructureringen hebben. Ook zou de functie van algemeen directeur na een herstructurering mogelijk komen te vervallen. Na een voor de werknemer succesvol kort geding, waarbij Imtech tot betaling van het salaris c.a. wordt veroordeeld, verzoekt het bedrijf om ontbinding van de arbeidsovereenkomst op de (rest)grond van artikel 7:669 lid 3 sub h BW. Er zou volgens Imtech sprake zijn van “andere omstandigheden die maken dat van Imtech in redelijkheid niet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren”. Ook de werknemer ziet inmiddels geen heil meer in de samenwerking met Imtech en vordert ontbinding op grond van wanprestatie (artikel 7:686 BW) met veroordeling van Imtech tot schadevergoeding.
Oordeel Kantonrechter Rotterdam
De Rotterdamse Kantonrechter wijst het ontbindingsverzoek van Imtech af. Zoals werknemer terecht heeft betoogt, is op geen enkele wijze gebleken dat hij ongeschikt zou zijn voor zijn functie. Door de werknemer op 1 oktober 2015 niet toe te laten tot zijn werk heeft van een ongeschiktheid voor de functie ook in geen enkel opzicht kunnen blijken. Het ontslag komt er op neer dat de Imtech op basis van persoonlijke opvattingen van de nieuwe aandeelhouders haar standpunt heeft herzien en de werknemer liever niet in dienst heeft. Die situatie is niet te brengen onder één van de wettelijk geregelde ontslaggronden en dient ook niet onder de (rest)grond van artikel 7:669 lid 3, onderdeel h te worden begrepen. Dat zou de facto immers betekenen dat het uitgangspunt dat overeenkomsten dienen te worden nagekomen op losse schroeven zou komen te staan.
Het tegenverzoek van werknemer wordt door de Kantonrechter wel toegewezen. Volgens de Kantonrechter is Imtech wezenlijke verplichtingen uit de arbeidsovereenkomst niet nagekomen, waaronder de verplichting werknemer te werk te stellen en diens salaris te betalen. Imtech heeft te gemakkelijk gedacht over de mogelijkheid de arbeidsovereenkomst met de werknemer te beëindigen. Imtech had zich de belangen van de werknemer (veel beter) behoren aan te trekken en heeft zich tegenover de werknemer niet als goed werkgever gedragen. De tekortkomingen van Imtech zijn voldoende ernstig om de arbeidsovereenkomst op grond van wanprestatie te rechtvaardigen. Imtech is gehouden de door de werknemer dientengevolge geleden schade te vergoeden. Deze schade wordt door de Kantonrechter geschat op een bedrag van maar liefst € 466.000,–. Daarbij wordt onder andere rekening gehouden met de veronderstelling dat de werknemer zijn baan bij Imtech en het daarbij behorende hogere salaris gedurende een achttal jaren zou hebben behouden.
Noot
De werknemer in deze zaak koos voor een ontbinding op grond van wanprestatie in plaats van ontbinding op grond van een verstoorde arbeidsverhouding (artikel 7:669 lid 3 sub g BW). Bij toewijzing van eerstgenoemde vordering dient werkgever de werkelijk door werknemer geleden schade te vergoeden. Deze schade zal vaak hoger zijn dan de billijke vergoeding bij toewijzing van de vordering op de g-grond. Voorwaarde voor toewijzing is echter wel dat de werkgever het behoorlijk bont moet hebben gemaakt. De wijze waarop de Kantonrechter in deze zaak vervolgens de schade vaststelt, is overigens op zijn zachtstgezegd nogal discutabel. Dit neemt niet weg dat het uiteindelijke procesresultaat, gezien de ronduit onbehoorlijke handelwijze van werkgever, m.i. alleszins redelijk is.
mr. B. Cornelissen (bernard)
arbeidsrecht | ondernemingsrecht | overeenkomstenrecht
Na een aantal jaren bij een grote rechtsbijstandverzekeraar te hebben gewerkt, is Bernard in 1998 overgestapt naar de advocatuur. Hij heeft zich gespecialiseerd in het arbeidsrecht in al haar facetten en heeft de postdoctorale Grotius Opleiding Arbeidsrecht cum laude afgerond.
Zieke werknemer moet verplicht meewerken aan re-integratie
door Ariens | 23 april 2024 | Arbeidsrecht en sociale zekerheid | 0 reacties
Een werknemer die ziek is, moet meewerken aan zijn re-integratie. Bij tegenwerking of weigering kunnen de consequenties serieus zijn, zoals ontbinding van de arbeidsovereenkomst.
Dat merkte deze automonteur. Hij is 11 jaar in dienst als hij zich
Tekortschietende bindend adviseur hoeft geen schadevergoeding te betalen
door Ariens | 23 april 2024 | Ondernemingsrecht | 0 reacties
Een bindend adviseur moet de koopprijs van een supermarkt vaststellen. Het adviestraject duurt erg lang en de adviseur laat – anders dan afgesproken – na een transactiedatum vast te stellen. Voor een schadevergoeding voor de franchisenemer van deze
Bank mag coffeeshophouder zakelijke rekening niet weigeren
door Ariens | 16 april 2024 | Ondernemingsrecht | 0 reacties
Een bank beëindigt de privérekening en de zakelijke rekeningen van een man die een coffeeshop heeft. Dat had niet gemogen, oordeelt het gerechtshof.
De man heeft al decennialang een privérekening bij een bank. Sinds 2003 had hij daar
Benadelingsverbod beschermt bonafide klokkenluider tegen ontbinding arbeidsovereenkomst
door Ariens | 16 april 2024 | Arbeidsrecht en sociale zekerheid | 0 reacties
Een werknemer werkt als reparateur voor een fietsenproducent. Zijn werkgever vraagt de kantonrechter om ontbinding van zijn arbeidsovereenkomst vanwege ernstig verwijtbaar handelen. De man zou naar collega’s hebben geschreeuwd en gedreigd hebben om
Werknemer niet verplicht loyaliteitsverklaring te ondertekenen
door mr. H.C.J. Coumou (Hajo) | 8 april 2024 | Arbeidsrecht en sociale zekerheid | 0 reacties
Een werknemer heeft een conflict met zijn werkgever. Alleen als hij een loyaliteitsverklaring ondertekent, kan hij blijven. Het gerechtshof moet oordelen of dit zomaar kan.
Een man is sinds 2007 als technisch manager in dienst bij een instelling die
Wetsvoorstel tegen discriminatie op arbeidsmarkt strandt in Eerste Kamer
door mr. H.C.J. Coumou (Hajo) | 2 april 2024 | Arbeidsrecht en sociale zekerheid | 0 reacties
De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel dat discriminatie op de arbeidsmarkt moet voorkomen op 26 maart 2024 verworpen. Er is twijfel over het effect van de wet en er wordt gevreesd voor te veel regeldruk voor bedrijven.
Het wetsvoorstel ‘Toezicht
Tussenpersoon was vertegenwoordigingsbevoegd
door mr. H.C.J. Coumou (Hajo) | 2 april 2024 | Ondernemingsrecht | 0 reacties
Regelmatig doen bedrijven of instellingen zaken met elkaar via een tussenpersoon of vertegenwoordiger. De vraag is of deze een volmacht heeft om namens een partij op te treden, en of die partij gebonden is aan een overeenkomst die de
Concurrentiebeding wordt ingeperkt
door mr. H.C.J. Coumou (Hajo) | 25 maart 2024 | Arbeidsrecht en sociale zekerheid | 0 reacties
Een concurrentiebeding staat vaak standaard in arbeidsovereenkomsten – zelfs als van bescherming van de concurrentiepositie van het bedrijf geen sprake is. Dat belemmert werknemers om makkelijk over te stappen. Daarom wil de regering de mogelijkheden
Bestuurders niet aansprakelijk voor schade wegens non-conformiteit mondmaskers
door mr. H.C.J. Coumou (Hajo) | 25 maart 2024 | Ondernemingsrecht | 0 reacties
Tijdens de coronacrisis aan de Nederlandse Staat geleverde mondmaskers blijken non-conform. De Staat wil dat de leverancier ruim € 43 miljoen terugbetaalt, maar dat gebeurt niet. De Staat stelt de bestuurders van de leverancier aansprakelijk
Verzoek tot wedertewerkstelling afgewezen; beide partijen schuldig aan conflict
door mr. H.C.J. Coumou (Hajo) | 19 maart 2024 | Arbeidsrecht en sociale zekerheid | 0 reacties
Een vrouw werkt al ruim 35 jaar voor een winkel die in handen is van haar broer en zoon. Ze is arbeidsongeschikt en in conflict met haar zoon. Daardoor kan ze niet re-integreren. Ze eist nu in kort geding bij de kantonrechter van de rechtbank
CONTACTGEGEVENS
Ariëns Advocaten Amersfoort
E info@ariensadvocaten.nl
T (033) 463 77 27
F (033) 461 51 40
Adres
Stadsring 75
3811 HN Amersfoort